Column Junior Brandenburg: Onvrede
Algemeen
1.193
keer gelezen
Ik keek uit naar de troonrede op Prinsjesdag om hopelijk te beluisteren dat de verwurging van consumenten en het bedrijfsleven door de energiecrisis van een kordate oplossing zou worden voorzien.
Helaas volgde een warrig verhaal rond prijsplafonds, terstond gevolgd door een absurde prijsverhoging op de valreep door de grote energieleveranciers, die dan voor de vorm nog wel en ceremoniële tik op de vingers kregen van de ACM. Maar daar bleef het bij.
Voor boeren is er 25 miljard om ze uit te kopen na jaren van stikstof-aanmodderen en zijn er absurde bedreigingen, insinuaties, vernielingen en opstoppingen. Sluitende bakkers, stoppende telers en haperende horeca zijn echter blijkbaar helemaal prima voor protesterend Nederland.
Maar het werd nog gekker. Uiteraard was een ploegje omgekeerde vlagdragers in hun eeuwigdurende vrije tijd afgereisd naar het Haagse om onze koning uit te maken voor landverrader. Dat moet je lekker zelf weten, maar het aanwezige commentaar en journaille begon dit in de uren en dagen daarna te duiden als massale onvrede in den lande. En dat gaat mij veel te ver. Dit is niet alleen teveel en geheel misplaatste eer voor een paar schreeuwerds, maar het is ook een verkeerde voorstelling van zaken. De zwijgende meerderheid zit zeker vol zorgen, maar is op geen enkele wijze vertegenwoordigd door deze rechts radicale oproerkraaiers. En hun onvrede is niet gelijk onze onzekerheid en onze wens om gezamenlijk tot oplossingen te komen met een helpende hand van de overheid.
Het moment van zwijgen en commentaar achteraf van de meerderheid komt nu echter tot een einde. Tegen de achtergrond van een barbaarse oorlog marcheren namelijk de fascisten weer vrijelijk door Europa. Ditmaal vermomd als “conservatief christelijk” of als “libertaire vrijheidsstrijder”. Surfend op golven van onzekerheid en ontevredenheid en misbruik makend van de parlementaire rechtstaat om met een antidemocratische agenda aan de macht te komen, herleven voor hen de beste tijden van weleer. Gillend en tierend storten zij hun verachtelijke propaganda, vol alternatieve feiten, over volgzaam klapvolk.
Deze verachtelijke volksbeweging hebben wij nu al een paar jaar zien groeien. Tijdens verkiezingen hebben wij ze in Nederland nog klein weten te houden, maar elders is men al aan regeren toe. We stonden erbij, keken er naar en zwegen grotendeels. Nu wordt het echter tijd om wat bruin is ook als bruin te benoemen en onze echte onvrede luid te laten horen en ze te stoppen.